Nachtwerk en de Femma

bumper
Een paar weken geleden lag ik 's avonds in een van de kantoren van Woestijnvis tussen een hoop champagnekurken op de grond.
Ik lag daar vrij wanhopig te worden omdat er een paar uur later al een Femmajournaliste voor de deur ging staan. Een journaliste die ik al een paar keer wanhopig had gesmeekt -compleet tegenstrijdig met mijn keihard imago- om het interview toch telefonisch te mogen doen.
Rond middernacht thuisgekomen en al wakker van half vijf in de ochtend stuurde ik een mailtje dat het interview toch telefonisch zou moeten doorgaan wegens geen mens in de vroege ochtend.

femma
Rond tien uur belde er iemand aan met haar vader in de auto en een zak koffiekoeken in de hand.
En ik had zelfs nog geen koffie gehad.
"Ah ja, ik neem mijn telefoon nooit op tijdens het rijden." zei ze, en ook nog: "Neen, ik check mijn mail niet zo regelmatig." Maar ook: "Ik heb een interview voorbereid met allemaal vragen die u nog nooit gesteld zijn, want ik heb gelezen dat je het wel wat gehad hebt met telkens dezelfde vragen."
Het woord sterallures spookte waarschijnlijk al langer door haar hoofd.
Het vervolg leest u in een verbazend fijn interview.

De wereld van Mme Zsazsa
Tekst Mieke Termont

Ze stopte met shoppen, tuiniert ecologisch en kookt enkel nog vegetarisch. Meubelen koopt ze tweedehands en water drinkt ze van de kraan. Kleren koopt Madame Zsazsa niet meer. Ze naait ze sinds enige tijd gewoon allemaal zelf.
Deze drieëndertigjarige huisvrouw uit de Kempen breekt potten. Niet alleen als vurige aanhangster van zelfmaakmode met haar blog en haar boek Allemaal Rokjes, maar ook als een trendsetter die consuminderen van een hip randje voorziet.

‘Ik heb geen zin in dit interview’, zegt Kim Leysen alias Mme Zsazsa als ze die zaterdagochtend na een helse dag opnames voor het VIER-programma Plan B de voordeur opent.
‘Ik heb net mijn langste werkdag allertijden achter de rug. Ik ben kapot. Kon het echt niet telefonisch?’ Ik begrijp haar wel, ik ben geen onmens … Maar ik wil haar uitleggen dat in telefonische interviews de chemie die in een gesprek van mens tot mens ontstaat, ontkracht wordt, met een steriel resultaat als gevolg. Toch, ik zwijg. Ik besef dat ze hier op dit moment geen boodschap aan heeft. Aan de 114 km die ik zonet met de auto heb afgelegd denk ik niet, aan de onverbiddelijkheid van de deadline die in mijn agenda gemarkeerd staat, des te meer.

‘Ik ben net met mijn kinderen aan het ontbijten. ’ zegt ze. ‘Ik heb boterkoeken mee!’ probeer ik krampachtig. ‘Ja, sorry, jij kunt er niets aan doen. Kom binnen dan maar.’ Ik volg haar naar de tuin waar haar twee kinderen Jef (6) en Abel (3) onder een grote boom aan tafel zitten. Ze kijken me met grote ogen aan terwijl ze rustig doorgaan met kauwen. Kim haalt een extra bord. Ik scheur de zak met koffiekoeken open. De puurheid van dit bucolisch tafereel is een contrast met de oplaaiende emoties van daarnet.

Het televisieprogramma dat Kim tijdens de eerste week van het schooljaar tot diep in de nacht aan haar naaimachine kluisterde, heet Plan B. Het is een inspiratiemagazine voor de vooruitziende Vlaming dat sinds 18 september op de buis is. Het programma wil de kijker duurzame alternatieven voor zijn levensstijl aanreiken. De focus ligt op ‘doe-het-zelf’, maar ook ‘durf-het-zelf’: zelf groenten kweken en weer aandacht krijgen voor de seizoenen; eens een dagje vlees overslaan op Donderdag Veggiedag of ontsnappen aan de file met je vouwfiets. ‘Ik ben samen met journaliste van De Standaard én blogster Dorien Knockaert verantwoordelijk voor een ecologische rubriek over themafeestjes voor groot en klein. We combineren culinaire informatie met allerlei ecologische zelfmaak-decotips.’

Zelf maken. Het is een echte rage geworden. Volgens trendwatcher Herman Konings heeft dit onder andere te maken met onze huidige hang naar authenticiteit. Craftmanship en doe-het-zelf zijn hot omdat ze tonen dat we onafhankelijk van technologie zelf iets unieks kunnen creëren. Dat geldt ook voor Madame Zsazsa: ‘Zelf kleren maken is om te beginnen een leuke hobby omdat je eindigt met een draagbaar resultaat. Het geeft je bovendien de kans om te maken wat jij mooi vindt. En wat jij in je hoofd hebt, is niet per se dat wat in de winkel hangt.’

 De revival van de huis- en tuinvlijt bij jonge mensen is ook een statement tegen de digitalisering, de standaardisering en de globalisering van de samenleving. Tegelijk gaat er een zeker ecologisch bewustzijn van uit. Vandaar dat met zelf maken zowel pimpen, customizen en upcyclen als recycleren en creatief hergebruiken hand in hand gaan. Een welgekomen evolutie als je weet dat we in 2030 twee planeten aarde zullen nodig hebben als we ons huidige consumptiepatroon aanhouden. En die zijn er niet. De gevolgen van de roofbouw op onze planeet kennen we inmiddels wel: de aarde warmt op, plant- en diersoorten verdwijnen, oceanen verzuren en er is schaarste aan grondstoffen.

Kim Leysen: ‘We kunnen onze kop niet blijven in het zand steken voor die problemen. Al denk ik dat de meerderheid van de bevolking dat nog steeds niet beseft. Ik ben vooral mijn eigen kleren beginnen te maken omdat ik niet langer wilde meedraaien in een maatschappij waarin consumeren als hoogste goed wordt beschouwd. Ik wilde zicht hebben op het productieproces, ik wil de herkomst van de gebruikte materialen kennen en de omstandigheden waaronder het eindproduct tot stand gekomen is. Kortom ik wil bewuster consumeren en ik wil af van de drang om altijd maar meer te willen hebben. Tevreden zijn met wat je hebt, maakt volgens mij gelukkiger.’

De huidige zelfmaakhype loopt parallel met een bredere transitiebeweging die een hogere levenskwaliteit koppelt aan een kleine ecologische voetafdruk. Die transitie voltrekt zich door grondige veranderingen op alle terreinen van de samenleving zowel op economisch, sociaal, cultureel als ethisch vlak. Het idee erachter is een sociaal-rechtvaardige overgang naar een ecologisch duurzame samenleving in een mondiaal perspectief. ‘Het gaat mij intussen om veel meer dan kleding alleen. Ik heb de afgelopen zes jaar een breder bewustwordingsproces doorgemaakt waardoor ik duurzamer, bewuster en gezonder ben gaan leven. In diezelfde periode heb ik twee kinderen gekregen. Ook dat heeft me doen nadenken over de omgeving waarin en de manier waarop ik hen wilde grootbrengen.’

Kim startte, met baby Jef nog in de draagzak, met een ecologische moestuin. Ze kookt sinds anderhalf jaar vegetarisch. Ze drinkt al een jaar kraantjeswater. Met uitzondering van handtassen, schoenen en onderbroeken koopt ze al een jaar lang geen kleren meer. Ze maakt ze uitsluitend zelf. Ze bracht haar kinderen tot voor kort met de fietskar naar school. Haar vakanties spendeert ze met haar gezin dichtbij huis zodat ze niet met z’n allen het vliegtuig hoeven te nemen. Meubelen en andere huisraad koopt ze tweedehands. Het enige wat niet klopt in het plaatje is de jeep voor haar deur. ‘Die kocht ik voor mijn bewustwordingsproces. Ik zou het nu niet meer doen. Maar ik vind dat iedereen één ding mag hebben waarvoor hij zich niet hoeft te verantwoorden. Net als iedereen ben ik zoekende en zondig ik ook wel eens. De eis tot consequentie is de doodsteek van elk goed initiatief. Het resultaat van deze ommekeer? Minder en anders consumeren maakt me rustiger. En het is goedkoper. Geweldig niet? En het steekt aan. Omdat het hip is en niet meer voorbehouden aan mensen met ongeschoren oksels en Teva-sandalen. Met als gevolg dat steeds meer mensen gaan beseffen: minder en anders consumeren is toch interessant.’

Haar blog heeft in die evolutie een belangrijke rol gespeeld. ‘Door te bloggen heb ik gelijkgestemde zielen ontmoet, maar ben ik tegelijkertijd ook niet blijven hangen in mijn eigen wereldje. Mijn blog bestaat inmiddels vijf jaar. Toen ik ermee begon had ik net een twee jaar durende cursus patroontekenen bij de VDAB gevolgd en was ik hoogzwanger van mijn eerste zoon. Ik wilde na de bevalling thuis blijven maar wel iets om handen hebben. Ik begon draagdoeken voor baby’s te maken. Stilaan is het idee gerijpt om een blog met patronen, naaitips en keukenrecepten te beginnen. Toen was dat nieuw in Vlaanderen. De eerste maanden was ik al blij met honderd bezoekers per dag, maar dat werden er al snel drieduizend en meer.’

Een bevraging van 5 800 Belgen in het najaar van 2011 laat zien dat 54 procent in alle leeftijdscategorieën het gevoel krijgt niet meer mee te kunnen met digitale ontwikkelingen. Ook dat verklaart waarom artisanale hobby’s zoals tuinieren, imkeren, breien en naaien zoveel succes hebben. Nostalgie is een future shock-demper geworden.

Toch speelt het internet contradictoir genoeg een cruciale rol in het succes van de huidige zelfmaakrage. Het is een podium geworden waar je jezelf in de kijker werkt door ‘likes’ te scoren op sociale netwerksites. Eigen creaties zijn daartoe het ideale middel. Omdat ze geduld, oefening en toewijding vragen, dwingen ze respect af.

Niet zelden hebben blogs ook een kleine webshop waar de creatievelingen hun zelfgemaakte producten op kleine schaal te koop aanbieden. Volgens Kim draagt het internet er bovendien ook toe bij dat je elkaar naar een andere norm verheft.

‘Transitie is een begrip dat ik pas vorig jaar heb leren kennen toen ik uitgenodigd werd door Velt op een transitiecongres in het Vlaams Parlement. Een vriendin heeft me toen overtuigd om te gaan. Volgens haar doe ik aan transitie door mensen te laten zien dat minder kopen, vegetarisch eten en bewust leven niet saai hoeft te zijn, en door mijn kennis daarover te delen. Ik ben ervan overtuigd dat je technieken of ideeën die je zelf hebt ontdekt beter aan andere mensen kunt overbrengen. En als je niet te beschroomd bent om die kennis met andere mensen te delen, dan krijg je ook op de een of andere manier je deel terug.
Zelf heb ik meer uit de stripverhalen van Suske en Wiske geleerd dan op school, en dat vind ik erg. Ik heb me altijd afgezet tegen een onderwijsmethode waarbij de leerkracht voorin de klas staat om uit te leggen hoe het allemaal moest en de leerlingen enkel hoeven te slikken. Ik wilde mijn kinderen dat besparen en heb hen naar het Freinet-onderwijs gestuurd. Daar krijgen kinderen veel meer de kans om te leren door zelf te ontdekken en dat vind ik belangrijk.’

Madame Zsazsa wordt nu al de vrouw genoemd die haar volk leerde naaien. Van het boek Allemaal rokjes waarin ze haar patronen en expertise bundelde, zijn intussen meer dan 45 000 exemplaren verkocht. ‘Als je een muziekinstrument wil leren bespelen, dan moet je eerst twee jaar op een bank gaan zitten en notenleer volgen. Dat schrikt sommige mensen af. Als je dan iemand ontmoet die zegt: ‘Hier is je gitaar en dat is je eerste akkoord. En na een half jaar kun je een liedje spelen …’ Dat laat mensen veel sneller de stap zetten om eraan te beginnen. Met naaien gaat het net zo.’

Jef is intussen naar een hangmat in de tuin verhuisd en Abel laadt zijn speelgoedaanhangwagen met gras. Hij wil later boer worden. Achterin de tuin liggen grote hopen mest te wachten op de groene vingers van Madame Zsazsa. ‘Mijn grootouders hebben altijd een ecologische tuin gehad. Als kind was het voor mij evident om daar verse veldsla en peterselie te plukken. Ik ben zelf beginnen te tuinieren om meer keuze te hebben en om mijn zonen te leren dat wat op hun bord komt niet in de supermarkt groeit. Het is ook gewoon veel gezonder en lekkerder. De smaak van verse peultjes kun je niet kopen, want als je die in de winkel koopt, zijn ze al een anderhalve dag oud. Dorien Knockaert die in de stad woont en met wie ik samenwerk voor het programma Plan B zei gisteren nog tegen mij: ‘Thuiskomen na een drukke dag en even je tuin ingaan, dat brengt zo’n rust. Dat is aarden hé, met je handen in de grond zitten… Het idee dat je een zaadje in de grond steekt en dat je daar na zes maanden nog spinazie kunt van oogsten, dat is om kippenvel van te krijgen.’ Tuinieren is nog eenvoudiger dan naaien. Zelfs in de stad … Je hebt je er enkel een terras en een zak potgrond voor nodig.’
Hierop komt Abel het huis uit met zijn melodica. Ik begrijp de hint en neem afscheid.